Overname teksten van de website https://www.huisvanzessenalblasserdam.nl/ :
Het Huis van Zessen staat in Alblasserdam, de geboorteplaats van de beroemde stedenbouwkundige Cornelis van Eesteren die zijn naam zou vestigen met het Algemeen Uitbreidingsplan van Amsterdam. Alblasserdam en het aannemersmilieu waaruit hij voort kwam vormden de jonge Cornelis, zowel persoonlijk als professioneel. Zijn ontmoetingen met de grote artistieke talenten van zijn tijd, waaronder de kunstenaar Theo van Doesburg droegen bij aan zijn ideeën en het visueel vocabulair van de Moderne architectuur en stedenbouw.
Van Eesteren nam de ontwerptekeningen van het Huis van Zessen mee naar Parijs waar Theo van Doesburg het kleurschema voor de binnen en buitenkant bepaalde. De tekeningen gingen per post terug naar Alblasserdam met instructies voor de schilder.
Toen het huis net af was, in november van 1923 had Van Eesteren er al foto’s van en in februari 1924 schreef hij dat hij het prachtig vond van kleur en er dagelijks plezier in had.
Het huis werd destijds door het aannemersbedrijf van Van Eesterens vader gebouwd in opdracht van de weduwe van kruidenier Arie van Zessen, Burgerina van Zessen-Stout.
De jaren twintig van de twintigste eeuw was een bijzonder opwindende tijd in de geschiedenis van de kunst, architectuur en stedenbouw. Cornelis van Eesteren (links) bleek zich op de juiste
tijd op de juiste plaats te bevinden. Als student aan het VHBO in Amsterdam won hij in 1921 de Prix de Rome, een prestigieuze architectuurprijs. Deze stelde hem in staat om een Europese reis
te maken, onder meer naar Weimar. Daar ontmoette hij de 15 jaar oudere Theo van Doesburg (rechts), een gevestigde naam in de artistieke avant-garde. Hij maakte de jonge Van Eesteren bekend met de abstracte vormentaal van De Stijl.
Van Doesburg was een van de oprichters van de kunstenaarsgroep De Stijl, redacteur van het gelijknamige tijdschrift en de belangrijkste denker van het gezelschap. De ambitie was om een interdisciplinaire vorm van kunst te ontwikkelen waarin schilderkunst, beeldhouwkunst, design en architectuur elkaar zouden versterken en aanvullen.
Naast het Huis van Zessen werkten Van Eesteren en Van Doesburg ook samen aan het afstudeerproject van Van Eesteren: een ontwerp voor een Universiteitsgebouw (boven de heren in beeld). Beide ontwerpen werden in Parijs tentoongesteld op de tentoonstelling over De Stijl van 1923, evenals drie ontwerpen voor fictieve woonhuizen bekend als het ‘Hotel particulier’, ‘Maison particulière’ en ‘Maison d’artiste’.